Prinsjesdag: belangrijkste punten belastingplan 2024

Dinsdag 19 september 2023 was het weer Prinsjesdag. Zoals altijd wordt tijdens deze dag het belastingplan voor het volgende jaar bekendgemaakt. Vanuit dit belastingplan zetten wij de belangrijkste aangekondigde wijzigingen voor u op een rij.

Inkomstenbelasting

MKB-winstvrijstelling voor ondernemers wordt verlaagd

Per 1 januari 2024 wordt de MKB-winstvrijstelling voor ondernemers verlaagd van 14% naar 12,7%.

Minder onbelaste vergoedingen voor personeel

De werkkostenregeling biedt voor u als werkgever de mogelijkheid om onbelast vergoedingen aan uw personeel te verstrekken. In 2023 is de vrije ruimte eenmalig verruimd naar 3% tot een loonsom van € 400.000. Deze verruiming wordt per 2024 beperkt tot 1,92% bij een loonsom tot € 400.000 en 1,18% voor het meerdere.

Box 2 naar twee tariefschijven

Tot op heden bestaat in box 2 slechts één belastingtarief voor inkomens uit aanmerkelijk belang (dividend), welke 26,9% bedraagt. Per 2024 krijgt box 2, twee tariefschijven. De eerste schijf belast dividenden tot € 67.000 tegen 24,5% en over het meerdere zal 31% box 2 belasting verschuldigd zijn. Vanaf 2025 heeft het box 2 inkomen ook invloed op de algemene heffingskorting, voor 2024 is dit nog niet het geval.

Diverse wijzigingen in Box 3

Ten aanzien van de box 3 wetgeving worden een aantal wijzigingen voorgesteld. De belangrijkste hiervan zijn:

  • Aandeel in het vermogen van een VvE en derdenrekening notaris worden behandeld als spaargeld.

Op dit moment wordt  het vermogen van een Vereniging van Eigenaren in de categorie overige bezittingen opgenomen. Door de wijziging zal dit niet langer meer het geval zijn en valt het vermogen van een VvE onder spaargelden. Reden hiervoor is dat dit vermogen doorgaans op een bankrekening staat. Dit geldt ook voor aandeel in het vermogen op de derdengeldenrekening bij de notaris. Daar waar dit eerst als overige bezitting werd gezien, wijzigt dit nu naar spaargelden.

  • Defiscaliseren onderlinge vorderingen en schulden.

Vorderingen en schulden tussen fiscaal partners en tussen ouders en minderjarige kinderen worden gedefiscaliseerd. Dat houdt in dat deze onderlinge verhoudingen niet meer in de aangiften inkomstenbelasting hoeven te worden opgenomen.

  • Uitstel invoering nieuwe stelsel box 3 van 2026 naar 2027

Zoals met regelmaat in de media voorbij is gekomen, is het (demissionaire) kabinet bezig geweest met een nieuw stelsel voor box 3. Het nieuwe stelsel is erop gericht om belasting te heffen op basis van het werkelijk behaalde rendement. De invoering van dit stelsel is met een jaar uitgesteld van 2026 naar 2027. In de tussentijd zal worden gewerkt met een overbruggingswetgeving. De overbruggingswetgeving gaat uit van de werkelijke verdeling van spaargeld, beleggingen en schulden.

Aftrekbedrag energie-investeringsaftrek (EIA) structureel verlaagd

Bij investeringen in energievriendelijke bedrijfsmiddelen(waaronder zonnepanelen) kan door een ondernemer EIA worden geclaimd. Vanaf 2024 wordt het aftrekpercentage voor dergelijke investeringen verlaagd van 45,5% naar 40%. Deze maatregel geldt zowel voor ondernemers in de inkomstenbelasting als voor de vennootschapsbelasting.

Successiewet

Schenkingsvrijstelling eigen woning

De verhoogde schenkingsvrijstelling aan kinderen tussen 18 en 40 jaar voor de eigen woning is reeds in 2023 verlaagd van € 106.671 naar € 28.947. Per 2024 zal deze speciale schenkingsvrijstelling volledig komen te vervallen.

Bedrijfsopvolgingsregeling: Verhuurd vastgoed altijd beleggingsvermogen

Voor toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) zal verhuurd vastgoed in alle gevallen worden gezien als beleggingsvermogen. Dit heeft tot gevolg dat de BOR in geen enkel geval meer kan worden toegepast bij verhuurd vastgoed waardoor over deze vermogens geen vrijstelling van schenk-of erfbelasting wordt verleend.

Voor 2025 en 2026 zijn verdere aanscherpingen van de BOR aangekondigd. Overweegt u om uw bedrijf met toepassing van de BOR te schenken? Dan kan het raadzaam zijn om dit proces te versnellen.

Overige maatregelen

Aanschaf (bestel)auto wordt duurder

Vanaf 2025 wordt het aanschaffen van een nieuwe auto duurder. De vaste voet van de BPM gaat met € 200 omhoog. BPM is verschuldigd bij de aanschaf van een nieuwe auto of motor. Voor elektrische voertuigen geldt in 2024 nog een vrijstelling van BPM, maar in 2025 wordt deze geschrapt. Het aanschaffen van een elektrische auto zal in 2024 goedkoper zijn dan in 2025.

Meer rapportageverplichtingen

Vanaf 1 januari 2024 gaan een aantal nieuwe rapportageverplichtingen in. Zo worden werkgevers met meer dan 100 werknemers verplicht om de CO2-uitstoot van hun personeel bij te houden. Daarnaast worden betalingsdienstaanbieders verplicht om onder voorwaarden alle betaaldata van grensoverschrijdende transacties te delen met de Belastingdienst, met als doel om btw-fraude tegen te gaan. Ten slotte moeten digitale platformen voor het eerst rapporteren over hun verkopers.

Heeft u vragen over deze topic? Neem dan contact op met uw Baat adviseur.

Gepubliceerd: 21 september 2023